Struikelend door Ljubljana




De groepsreis die we momenteel maken, is in hoofdzaak een natuurreis. Maar vandaag maken we een uitzondering op die invalshoek. Er staat immers een bezoek aan de hoofdstad van Slovenië op het programma. Dat struikelen hoef je trouwens niet letterlijk te nemen. Ljubljana ligt er - op een paar werkzaamheden na - keurig bij maar heeft voor mij een schier onuitspreekbare naam. Ik struikel dus over de medeklinkers. 
 
De naam van de stad is afgeleid van het Sloveense woord Ljubezen dat liefde betekent. En jawel ook over de liefde kan je al eens struikelen. Daar weet de dichter France Prešeren alles van. Hij had zijn oog laten vallen op een jongedame die echter van zijn avances niets moest weten. Had hij geen succes in de liefde, zijn gedichten die zijn voortgesproten uit zijn onbeantwoorde liefde voor Julija Primic werden dat (echter pas na zijn dood) des te meer. Vandaag de dag geldt hij als de grootste dichter van Slovenië. Maar daar was hij in zijn tijd vet mee. Als postuum eerbetoon prijkt een citaat van hem op het twee euro muntstuk van Slovenië en kreeg de dichter een standbeeld op het belangrijkste plein van de stad dat bovendien zijn naam draagt.



Dat plein vormt samen met het standbeeld, de Franciscanenkerk, de Tromostovje (de drievoudige brug) en nog een handvol andere schitterende bouwwerken het hart van de stad. Het is er aardig druk en vermits werkmannen volop bezig zijn met de heraanleg van de bestrating, lukt het me niet echt om een meesterlijke foto te nemen van het plein en zijn omgeving. 


 
Maar nu eerst even terug naar het begin van deze dag.

Ter hoogte van het station stappen we uit de bus want het oude stadsdeel is volledig autovrij. We moeten dus te voet verder. Aangezien we hier nu toch zijn wordt er eerst een sanitaire stop ingelast. Ideaal om intussen rustig het station te bekijken. 


 
Het stationsgebouw is een fraai gebouw waar in de marmeren vloer van de inkomstenhal de “mascotte” van de stad zit ingewerkt : in Ljubljana kan je niet naast hun draak kijken. Overal duikt de draak op, ja zelfs tot op de riooldeksels toe ! Het beest zou in lang vervlogen tijden in de grotten van Postonja hebben gewoond en af en toe een uitstapje naar de stad hebben gemaakt. Onze gids vertelt ons dat telkens wanneer de draak op zijn weg naar Ljubljana een mooi meisje tegenkwam hij eens met zijn staart kwispelde. Onnodig te zeggen dat bij het vertellen van deze legende hier en daar dubbelzinnig gelach klinkt. Een mens mag al eens de draak steken met legendes. Toch ?


De stad moet ooit over een stel mooie barokke huizen hebben beschikt maar velen daarvan zijn door een aardbeving met de grond gelijk gemaakt. In de plaats kwamen nogal wat art nouveau huizen te staan en minstens één daarvan wil ik toch gezien hebben. Het Vurnik huis zo genoemd naar zijn ontwerper Ivan Vurnik werd gebouwd in 1921 en wordt gezien als een van de mooiste voorbeelden van de Sloveense nationale bouwstijl. Ondanks het feit dat het gebouw omringd is door een stel andere prachtige art nouveau huizen, verbleken deze bij de kleurenpracht die Vurnik wist te creëren. Veel moeite om het huis te vinden, moet ik trouwens niet doen want wandelend van het station naar het hart van de stad is het één van de eerste huizen dat we tegenkomen. 



Prachtig toch ?


Voor we onszelf carte blanche geven, troont de gids ons nog even mee naar de drakenbrug. 



Vanaf dan willen wij er met een eigen plannetje op uittrekken maar op weg naar de brug passeren we niet alleen de dagelijkse markt, er is ook nog een proeverij van allerhande streekproducten gaande waar wij ons maar al te graag te goed aan doen. Het zijn vooral locals die hier rondhangen en dat maakt het allemaal nóg interessanter.
Omwille van dit alles en genietend van menig geestrijk drankje en de heerlijke prust (een gedroogde hamsoort) vergeten wij werk te maken van onze uitgestippelde wandeling.




Maar de markt is kleurrijk, de groenten zijn fotogeniek en de mussen lusten er pap van.
Bovendien vormt de muur van de kathedraal een mooie achtergrond voor de bloemenstalletjes.




We ontdekken ook nog een overdekte markt en omdat we na al die proeverij niet echt veel honger meer hebben, eten we er bij wijze van lunch de Kremsnita een Sloveense variant van onze tompoes.



Wellicht door al dat lekkers raken we het noorden wat kwijt en vergeet ik op de koop toe dat ik een plannetje op zak heb waarop we dat noorden zouden kunnen terug vinden. Dus we struikelen wat doorheen de stad en laten ons verrassen door datgene wat ze voor ons in petto heeft.

Uiteindelijk geraken we dan toch de Sint-Nicolaaskathedraal binnen. De geschiedenis ervan gaat terug tot de dertiende eeuw. De twee massief bronzen toegangsdeuren zijn echter van veel recentere datum en zijn meer dan de moeite waard om ze eens grondig te bekijken. Ze vertellen immers de geschiedenis van Slovenië en de bisschoppen van Ljubljana. Beide deuren werden vervaardigd naar aanleiding van het bezoek van paus Johannes-Paulus II in 1996 aan de stad vandaar dat ook zijn beeltenis er op te zien is.
De kathedraal zelf heeft prachtige beschilderde gewelven, zó mooi dat zelfs de buste van paus Franciscus er met open mond staat naar te kijken.



Het is pas thuis en aan de hand van mijn foto’s en de plattegrond van de stad dat ik een reconstructie kan maken van de wandeling die we - met ons hoofd in de wind omwille van wat te veel theewater - hebben gemaakt.

En die wandeling heeft veel fraais opgeleverd.

De binnenkoer van het stadhuis bijvoorbeeld is schitterend mooi en bovendien ontdekken we er dat de Award European Green Capital 2016 door Ljubljana gewonnen werd. En eerlijk ... als ik deze aangename stad zo een keertje in mij opneem, verwondert mij deze overwinning niets.



Er zijn trouwens nog wel meer mooie binnenkoertjes in de stad te vinden. Meestal herbergen ze er gezellige winkels. Het loont dus wel de moeite om zo links en rechts een open deur in te trappen.


Heel mooi is het kunstwerk dat we ontdekken in de smalle Ključavničarska ulica (Slotenmakerstraat). Nergens had ik er over gelezen dus we fantaseren er lustig op los. Het werk beslaat de gehele lengte van de aflopende straat en eerst denken we nog dat het een kunstige voorstelling is van wat in de middeleeuwen heel gewoon was : een open riool. Beneden aan het einde van de straat waar langsheen de rivier gezellige terrasjes staan opgesteld, zit een jonge cafébediende een sigaretje te roken en ik vraag haar of zij weet wat het werk voorstelt. Zij heeft het over de doden van de stad en het fonteintje dat verwerkt zit in de sculptuur bovenaan het straatje. Wie het kraantje open zet, helpt mee de zielen van de overledenen te zuiveren. Tot zover althans de commentaar van het meisje maar helemaal bevredigd ben ik niet. Zij klets wat uit haar nek, denk ik. Het kunstwerk bevat naast gezichten immers ook beeltenissen van dieren. Dus eenmaal thuis zoek ik naar de ware betekenis van dit fraai en intrigerende bronzen werk van Jakov Brdar. The sculpture faces hebben helemaal niets van doen met de verzinsels van de cafébediende. Het is een werk dat gebaseerd is op het literaire werk van RM Rilke en heeft een sterke filosofische boodschap. En dat is een heel ander verhaal. Google maar een keertje !



Heus, Ljubljana loont de moeite om een keertje te ontdekken. Alleen jammer dat we toch nog de wijk boordevol street-art over het hoofd hebben gezien. 
 
We zullen dus nog een keertje terug gaan, denk ik.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Op weg naar Ierland, de prachtige paraplu van Europa (dag 1)

Pembroke Castle en de man van het Ciderflesje (dag 2)

Switchen van het mondaine Bled naar de adembenemende Vintgarkloof