Een flinke wandeling in de vallei van de Statte

 


De verplaatsingen liggen alweer onder vuur nu de daling van het aantal besmettingen lijkt de stabiliseren. Nog even en we mogen alweer ons kot niet meer uit. Let op mijn woorden!

Maar als je nu reist in je eigen “kot”, je binnen de eigen grenzen blijft, je voldoende proviand meeneemt en je bovendien nergens heen gaat waar mensen zijn, hoe kan je dan een gevaar vormen voor de volksgezondheid ?

Frank DeBoosere beweert dat er in de Hoge Venen vijftien centimeter sneeuw ligt en bij dit nieuwsfeit kan ik me wel een aantal taferelen voorstellen. Maar nu we voorlopig nog steeds -minder essentiële- verplaatsingen mogen maken, kriebelt het ook bij ons al willen we toch eventuele weekenddrukte vermijden. We vertrekken dus pas op zondagavond naar de hoogste streek van België en we kiezen er veiligheidshalve toch voor om niet naar het alom gekende Baraque Michel of Baraque de Fraiture te gaan.

Mijn lieverd heeft trouwens zijn zinnen gezet op de veel rustiger “Vallee de la Statte” in Solwaster, deelgemeente van Jalhay. Het voordeel van vertrekken op zondagavond is ook dat we de drukte van de Brusselse Ring kunnen vermijden.

Onze weerman heeft ons echter mooi liggen gehad, hier valt geen centimeter sneeuw te bespeuren, laat staan vijftien. Maar misschien valt er vannacht wel een pak sneeuw … een mens blijft graag hoopvol hé ?!

Maar ook 's anderendaags is er geen vlokje sneeuw te zien al laten we dat nu niet echt aan ons hart komen. De omgeving van de vallei is er véél te mooi voor om te treuren. 


Een infobord aan de start leert ons dat de wandeling doorheen dit prachtige valleigebied zo'n slordige 10 kilometer lang is en ongeveer drie uren in beslag neemt maar dat zal voor mij te hoog gegrepen zijn.

Maar bon … laten we eens proberen en kijken hoever we geraken.

La Statte is een riviertje dat ontspringt op een hoogte van 560m, in het veen van Wihonfagne. De vallei is diep uitgesneden, rotsachtig en pittoresk. De Statte zelf heeft de allure van een woeste beek. 

 

 

Het is een mooie doch sportieve wandeling en hoe verder we stappen, hoe meer ik onder de indruk kom van haar schoonheid en hoezeer ik me onze wandeling tijdens de prille zomer langsheen de Ninglinspo herinner. Deze wandeling hoeft zeker niet onder te doen voor de veel bekendere (en daardoor veel drukkere) wandeling langs de Ninglinspo. Deze kan momenteel trouwens helemaal niet gewandeld worden en dit sinds Adèle op het idee kwam er een videoclip op te nemen waardoor plots iedereen daar wou gaan wandelen en stromen wandelaars niet meer te overzien bleken. In coronatijden geen goed idee !

Onwillekeurig denk ik aan mijn nichtje én mijn huisarts die nog net op tijd die wandeling hebben kunnen maken maar minstens zo gecharmeerd zouden kunnen zijn van deze hier in Solwaster.


 

 

Leuk en fotogeniek zijn de vele houten brugjes over de woeste beek al vindt onze trouwe viervoeter dat toch iets minder aangenaam. De plankjes van die brugjes liggen immers behoorlijk ver uit elkaar en dat is lastig voor zijn pootjes. Maar de schat is dapper … Boots heeft geen boots nodig. 

 


De vallei heeft met zijn variatie aan mossen iets sprookjesachtig en het kan dan ook niet anders dan dat hier een legende de ronde doet. Hier zouden kleine wezentjes terecht zijn gekomen die samen met de barbaren vanuit Lapland in de loop van de 5de eeuw onze streken zijn binnengevallen. In ruil voor etenswaar dat door de plaatselijke bewoners dagelijks in een spelonk werd neergezet, verrichtten deze kleine, lelijke trollen allerlei karweitjes.

Wie hier ook een keertje wilt komen wandelen, kan ik gerust stellen … de trollen zijn intussen uitgestorven. 


 

Ter hoogte van de “Rots van Bilisse” begint mijn pijp stilaan uit te geraken. De rots van kwartssteen is begroeid met bruingele korstmossen, een mooie grondstof voor het kleuren van wol. Een gebeeldhouwde Oehoe moet de wandelaar er attent op maken dat deze imposante nachtuil dol is op uiltjes knappen nabij dergelijke rotspartijen. 


 


Maar zoals gezegd … ik begin stilaan pijn in knieën en spieren te krijgen. We zijn nu ruim één uur aan het wandelen, dat betekent dus ook nog een uur terug.

Eenzelfde weg afwandelen? Niet erg. Het is hier zo prachtig dat ik dit alles nog wel eens opnieuw en vanuit een ander perspectief en met andere lichtinval wil zien. De zon is immers intussen ook van de partij en geloof me … de vallei wordt er nog mooier door!

 



Reacties

Populaire posts van deze blog

Op weg naar Ierland, de prachtige paraplu van Europa (dag 1)

Pembroke Castle en de man van het Ciderflesje (dag 2)

Switchen van het mondaine Bled naar de adembenemende Vintgarkloof