Kassa, kassa : toch ook een nostalgische tentoonstelling over de kruidenierswinkel om de hoek


 

Op de hoek van de straat waar ik ben opgegroeid was een kruidenierszaak. Ik keek er mijn ogen uit. Dat mocht ook van Simonne. Ze was zo'n lieve, vriendelijke dame ... het kwam me voor dat ze ook heel rijk was. Want op zaterdag was het altijd feest. Dan puilde de zaak dermate uit van het volk dat haar man Arnold mee de handen uit de mouwen stak. 

Op zaterdag gaf Simonne dubbele Valois zegeltjes en daarbovenop nog een reep chocolade. Geen wonder dat er volop klanten stonden aan te schuiven. 

En toch is haar kruidenierswinkel net zoals zovele andere ter ziele gegaan. 

De tentoonstelling schets zeer grondig hoe dat zo gekomen is. "Kassa, kassa" is dus veel meer dan wat bij elkaar geharkte nostalgie maar beschrijft het koopgedrag van de burger vanaf 1850 tot heden. 

 


 

De taart van het gezinsinkomen toont overduidelijk hoe het uitgavenpatroon in de loop der jaren is geëvolueerd. Ik leer ook hoe de komst van auto's en koelkasten mee de teloorgang van de winkel op de hoek, heeft bewerkstelligd. 

Ik kan me niet precies herinneren wanneer mijn moeder er voor gekozen heeft niet langer bij Simonne haar boodschappen te doen. Wel weet ik dat bij ons in 1968 een Volkswagen kever zijn intrede deed en dat boodschappen doen plots een ware "uitstap" werd. Eentje van vele kilometers want mijn geboortestad Aalst heeft lang (en eigenlijk nog steeds) de komst van de hypermarkt tegengehouden. In Aalst is geen hypermarkt van het "1 miljoen klanten, dat moet je verdienen"-type te vinden. Dat heeft de stad aan zijn sterke middenstand te danken dus jawel, wijlen Luc De Vos heeft - dan toch wat de stad Aalst betreft - zingend de nagel op de kop geklopt: de middenstand regeert het land ... 

Enfin, ik dwaal af. 

De tentoonstelling schets heel mooi hoe het consumeren evolueerde van het aankopen van het noodzakelijke naar het shoppen, shoppen, shoppen voor the fun. Was funshoppen in oorsprong een tijdsverdrijf voor de burgerij, dan is dat nu een activiteit voor zowat iedereen geworden. 

 

 

Er wordt uitgebreid stilgestaan bij de kracht van reclame, de sterkte van een logo, de verleiding om tot kopen over te gaan. Leuk om te zien zijn de wat oubollige reclamefilmpjes. Overduidelijk gedateerd maar ze zullen destijds wel hun nut hebben gehad. Eentje springt er voor mij wel uit : twee nachtelijke inbrekers die een brandkast kraken die boordevol chocolade zit. De inbrekers blijken kinderen te zijn en wat zijn die blij met de buit.

Voor de kinderen is er trouwens een leuk spel bedacht. D.m.v. allerhande opdrachten doorheen de tentoonstelling kunnen zij de code bemachtigen van de kassa die aan de uitgang van het museum behoorlijk op slot op een winnaar van haar inhoud staat te wachten.

Het ziet er trouwens naar uit dat wij ons wat consumeren betreft behoorlijk vergalopperen. Ook daar heeft de tentoonstelling oog voor. 

De huidige trend om boodschappen naar huis te laten brengen, is trouwens niet nieuw. Daar kijkt het jonge internet shoppend volkje wellicht van op. Maar de ouderen onder ons herinneren zich vast wel de melkboer, de groenteboer, de visboer, ... die in mijn kindertijd wel al met een camionette de straat kwamen ingereden (Zo oud ben ik dus nog niet!) maar ooit gebeurde dat dus met paard en kar. Het verschil is natuurlijk dat de boer van toen voor zowat de ganse straat kwam aangereden en dat zijn producten niet per definitie van de andere kant van de wereld kwamen.

 


Het is fijn om sommige verkooptrucks die ik al lang was vergeten, in deze tentoonstelling nog een keertje te herontdekken.  Ja, ook mijn ouders hebben aan de deur beslist om in stukken en brokken een encyclopedie aan te schaffen en ja ... mijn moeder heeft zo nu en dan een Tupperware-demonstratie ten huize van, bijgewoond. 

 


 

Centraal in de mooi opgebouwde tentoonstelling staat een kruidenierswinkel uit de tijd van toen. Die ziet er soberder uit dan de winkel van Simonne en Arnold bij ons op de hoek.. Ergens ontdek ik een foto van een winkel die dichter bij mijn herinneringen aansluit. Het bijschrift bij de foto heeft het over een voor zijn tijd luxueus ingerichte zaak. Mijn gevoel van toen is dus wel juist : Simonne moet best kapitaalkrachtig zijn geweest.

 


Het is trouwens heel fijn te ontdekken dat sommige van mijn herinneringen kloppen met wat ik hier te zien krijg. De eerste Delhaize die uitgerust werd met winkelkarretjes dateert van 1961 en werd geopend in Hasselt. Zelf herinner ik mij in Aalst de komst van een SARMA mét karretjes en ik vermoed dat dat zo rond 1968 moet zijn geweest. Die eerste karretjes lijken me trouwens wel zeer klein te zijn geweest hoewel die naar mijn idee een behoorlijke omvang hadden.

 


 

Maar dat komt wellicht omdat ik in die dagen nog maar heel korte beentjes had. In het pashokje ter plaatse ontdek ik dat die beentjes intussen flink gegroeid zijn. 

Interessant. Echt interessant!




Extra info :

De expo loopt tot 28/08/2022 in het Industrie Museum te Gent en is gratis toegankelijk met de Museumpass

 


 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Op weg naar Ierland, de prachtige paraplu van Europa (dag 1)

Pembroke Castle en de man van het Ciderflesje (dag 2)

Switchen van het mondaine Bled naar de adembenemende Vintgarkloof